Column

Aan Tom Kellerhuis

28-11-2015 08:31

Tom Kellerhuis

Beste Tom,

Er is geen medium dat zo veel jubilea viert als HP/De Tijd. Het zoveeljarig bestaan van HP, het zoveeljarig bestaan van De Tijd, het zoveeljarig bestaan van HP/De Tijd, er is elk jaar wel wat te vieren – zo lijkt het. Dit jaar: 25 jaar HP/De Tijd.

Half oktober schreef je: “Deze herfst bestaat HP/De Tijd precies 25 jaar. Bij de komende dubbeldikke wintereditie willen we dat natuurlijk niet ongemerkt voorbij laten gaan. Daarom gaan we als eerbetoon aan onze prachttitel een aparte bijlage maken bij deze editie met het allerbeste van 25 jaar topjournalistiek uit HP/De Tijd, gekozen door alle voormalige hoofdredacteuren. We hebben het volgende bedacht: een lijst van korte, algemene vragen waarmee het karakter van jullie periodes zo goed mogelijk wordt gekenschetst. Daarnaast willen we graag van jullie weten wat de beste – of meest spraakmakende dan wel significante – drie stukken in jullie periode waren, waarvan we ten minste één stuk van iedereen zullen afdrukken.”

Gisteren bleek dat slechts vijf van de negen oud-hoofdredacteuren bereid waren mee te werken aan jullie plan. Je schreef: “De twee langstzittende hoofdredacteuren wilden om hun moverende redenen uiteindelijk ook niet meedoen, en daamee viel voor ons het hele idee in het water.”

Jammer dat je de namen van de vier die te beroerd en/of te rancuneus waren om jou als huidige hoofdredacteur aan een mooi jubileumnummer te helpen niet openbaarde in je mail. Mijn voorganger Henk Steenhuis was in elk geval één van de twee, want die zat er zeven jaar (2001-2008). En twee anderen zaten er vier jaar, dus de tweede was óf Gerard Driehuis (1991-1995), óf Bert Vuijsje (1996-2000).

Zeven (Steenhuis) en twintig (Driehuis) of vijftien (Vuijsje) jaar na je vertrek nog zo verbitterd zijn, dan heb je echt issues, hoor.

Anyway: dit was mijn reactie op jouw vragen. Nu jij er – terecht – niets mee doet, geef ik ze hier maar prijs.

Naam Jan Dijkgraaf.

Hoofdredacteur van wanneer tot wanneer? 2009-2010.

Adres van de redactie? Johan Muyskenweg, 020.

Wat deed je ervoor en wat is je huidige functie? Ervoor: hoofdredacteur Management Team Nu: professioneel buttkicker, columnist Metro en The Post Online, schrijver managementboeken.

Waarom ging je ook al weer weg? Bij PowNed ging ik nóg meer verdienen.

Mooiste herinnering/anekdote? 5 januari 2010. Op één dag met de PVV-undercover bij Nova en afscheid genomen van Jan Kuitenbrouwer. De man leverde elke maandag veel te laat een column vol taal- en tikfouten in, eiste in een tijd van bezuinigingen als enige méér geld en was sowieso een onaangenaam persoon. Die dag zou eventueel rumoer in de Amsterdamse media (hij had her en der nog wel wat vriendjes) over zijn vertrek volledig wegvallen bij aandacht voor onze PVV-undercover. Ik moest er even geduld voor hebben, maar dan had je ook wat. Alles lukte die dag ☺.

Slechtste herinnering/anekdote? Ik heb louter goede herinneringen. Vlak voor ik voor het eerst bij eigenaar De Leeuw op bezoek moest komen voor een kop koffie vertrok ik alweer. Zo’n ‘gesprek’, was mij verteld, moest je zo lang mogelijk uit te weg gaan, omdat De Leeuw er een handje van had zich met de inhoud te bemoeien. Voor je het wist zat je dan met een column van Adri van der Poel opgescheept. Of een ‘adviseur’ als Hans van Bussel. Of Van Brussel, whatever. Die ellende is me dus bespaard gebleven.

Best verkochte nummer? De PVV-undercover.

Oplage gestegen of gedaald? Gedaald natuurlijk. Mijn taak was dan ook niet om de oplage te verhogen, maar om het verlies terug te brengen.

Belangrijkste wapenfeit? Het verlies van 1.000.000 euro teruggebracht naar weinig. En inhoudelijk: de PVV-undercover.

Meeste reuring? Het was te kort, ik moet wéér die PVV-undercover noemen. En daarna het eenmalige politieke roddelblad Binnenhof, dat we samen met Weekend en Royalty maakten. Het was mooi hoe Alexander Pechtold (die van de zwangerschapstest) me toen, vlak voor de verkiezingen, belde om de media-strategie af te spreken. Minder mooi dat Audax er nadien lafjes afstand van nam (zonder de winst aan een goed doel te schenken).

Grootste faux pas? Ik verstond de vraag niet. Maar serieus: vraag het Max Pam en hij zal zeggen: dat ik ben aangenomen. Zelf houd ik het op: ik ben te vroeg vertrokken en liet daarmee de toenmalige uitgeefdirecteur Roland van Geest, met wie ik perfect samenwerkte, in de steek.

Ooit een canard meegemaakt? Nee.

Wie wil je nooit meer zien uit die periode en waarom niet? Ik neem aan dat de mensen alles destijds in mijn gezicht zeiden en ik hoorde vooral positieve geluiden. Wat er na je vertrek of achter je rug wordt gezegd, moet je naast je neerleggen. Niemand dus die ik per se niet meer wil tegenkomen. Zoek ik ze op? De meesten niet.

Opwindendste moment? Ik ben een gelijkmatig mens. Het leven ging zijn gangetje. Er vertrok eens een redacteur, er kwam er eens eentje bij. Er scoorde eens een nummer goed, er scoorde eens een nummer slecht. Ik heb er zeer van genoten, misschien wel mede omdat ik niet aan arbeiderszelfbestuur deed. Net als Audax, dat mij informeel al benoemd had voor de procedure voor een nieuwe hoofdredacteur ook maar in gang gezet was.

Hoe omschrijf je zelf de signatuur van HP/De Tijd in jouw periode? Bij vlagen zag je een glimp van wat ooit een groot blad was. Zonder politieke signatuur.

Beste stuk? En waarom? Er stond weinig bagger in, hoor. Maar doe maar ‘Cardio-crisis’ van Michiel Blijboom.

Succes met je blad, maestro!

Groet,

JanD