Media & TV

Volkskrant bevestigt: komen zaterdag inderdaad met manifest tegen Geenstijl.nl

05-05-2017 14:49

Volgens Geenstijl.nl verschijnt onderstaand manifest zaterdag in zowel Volkskrant als NRC Handelsblad. In het manifest worden adverteerders letterlijk opgeroepen niet langer te adverteren op Geenstijl.nl. De adverteerders. waarvan er enkelen zelfs met naam worden genoemd, zouden volgens de ondertekenaars moeten beseffen dat ze meewerken aan ‘een site waar racisme en vrouwenvernedering de norm is’.

Tegenover de redactie van TPO.nl heeft de Volkskrant inmiddels bevestigd dat het manifest authentiek is en zaterdag inderdaad in de papieren courant zal worden gepubliceerd. NRC was niet voor commentaar bereikbaar.

Hieronder de integrale versie van het manifest zoals dat zaterdag in de Volkskrant zal verschijnen:

 

“Beste adverteerders op GeenStijl en Dumpert,

Vergeef ons het taalgebruik, maar het moet even. ‘Ik zou haar overdwars in alle gaatjes nemen. Lekker langzaam volpompen. Om daarna keihard haar mond over mijn keiharde lid te trekken. Hard duwen op dat hoofd. Kokhalzend krijgt ze mijn warme zaad. Hmm.’

En deze. ‘Met haar armen op haar rug gebonden en een stevig stuk grijze tape over haar mond geplakt zou ik haar zeker doen!’ Of deze: ‘Ik zou zaad in haar gezicht spuiten. Eventueel anaal erin raggen.’ Sorry, nog eentje: ‘Ik zou mijn harde klaargekomen lul weleens aan haar neus willen afkloppen.’

Deze en nog veel meer berichten verschenen afgelopen weekend op GeenStijl. Ze waren gericht tegen een journaliste van de Volkskrant. De site plaatste haar foto online met daarbij de zin: ‘Zou u haar doen? Graag alleen antwoorden met seksistische complimentjes’. De vraag bleek honderden reaguurders uit te nodigen tot het delen van verkrachtingsfantasieën en beledigingen.

Geen van deze berichten werd verwijderd.

Nu heersen er andere omgangsvormen op internet dan in de krant of op televisie. De video-site Dumpert.nl is onderdeel van GeenStijl en grossiert in seksistische en racistische filmpjes. Vrouwen worden geobjectiveerd, ingezet als decor, en het uiterlijk van elke vrouw die op Dumpert verschijnt wordt begeleid door 200 comments met het niveau van “daar moet een piemel in”. Het halve internet staat vol met vrouwenvernederende of racistische meuk. Maar bij Dumpert.nl gaan dit soort vernederingen gepaard met mainstream advertenties: ANWB, Coolblue, Rabobank. Daar leven de sites van.

NRC-columnist Rosanne Hertzberger stelde de legitieme vraag of die adverteerders dit zouden moeten willen. Dat leidde uiteindelijk tot een virtuele schandpaal. Zij werd een ‘droogsloot’ genoemd, haar naam verbasterd tot ‘Herpesberger’. Een andere Volkskrant-columnist is een ‘rancuneuze naziblob’, een zwarte opiniemaker heet ‘een klagende kwetscreool’. Na zo’n eervolle vermelding op GeenStijl staat een leger aan anonieme figuren klaar om via sociale media de aanval in te zetten. Expliciet seksueel taalgebruik wordt daarbij niet vermeden.

Dit is geen uitzondering, het is standaardpraktijk van deze site. Volgens GeenStijl is zo’n soort behandeling haar eigen schuld, haar verdiende loon. Die Volkskrant-journalist had nou eenmaal niet moeten schrijven dat vrouwen door GeenStijl hard worden aangepakt, vooral op hun seksualiteit. Dan vraag je er toch om? Dan lok je het toch uit dat je virtueel belaagd wordt, dat je lelijk, geil en dik wordt genoemd, of een een hoer . Je vráágt er toch om als je het waagt om iets over GeenStijl te schrijven? Nee, uiteraard niet. Maar dit is wel de realiteit waarmee (vooral) vrouwelijke columnisten, publicisten en journalisten te maken hebben.

Normaal luidt het devies: niet reageren, don’t feed the trolls. Maar de aanval op de journaliste van de Volkskrant is een nieuw dieptepunt: reaguurders werden uitgenodigd om seksueel te fantaseren bij haar foto. Online intimidatie mag dan al jaren de norm zijn op Internet, het is niet normaal. We vinden het tijd om hier als collectief een statement te maken. Door je mond te houden, verandert er niets.

Uit een enquête onder vrouwelijke opiniemakers, eind februari gepubliceerd in de Volkskrant, bleek dat twee op de drie vrouwen last heeft van online bedreigingen, berichten als: ‘Jij zou eens moeten worden verkracht’, of ‘Ik weet waar je woont, hoer’. Veel ondervraagde journalisten noemden de aanjagende rol die GeenStijl daar regelmatig bij speelt.

De online intimidatie is niet zonder gevolgen: een ruime meerderheid van de ondervraagden gaf aan weleens te twijfelen of ze haar mening moet opschrijven over bepaald onderwerp, uit angst voor reacties. Veel journalisten- zowel mannen als vrouwen- maken zich zorgen over de bak ellende die ze op GeenStijl over zich uitgestort krijgen als ze zich aan een bepaald onderwerp branden. GeenStijl doet niet aan argumenten of weerwoord. GeenStijl neemt je te grazen, ze nagelen je aan de schandpaal en laten hun reaguurdersleger op je los. Dat kan leiden tot zelfcensuur, vooral onder vrouwen, die op de site genadeloos worden aangepakt op hun uiterlijk.Een veelgehoord tegenargument luidt: een journalist moet tegen een stootje kunnen. Inderdaad, kritiek hoort bij ons vak, een beetje seksisme zijn we wel gewend. Maar dit gaat veel verder.

‘Oh dus je hebt een hekel aan de GeenStijl? Prima. Hartstikke leuk. BLIJF DAN LEKKER WEG & see if we care’, schreef GeenStijl-redacteur Bart Nijman, die verantwoordelijk was voor het “wie zou haar doen”-bericht, deze week naar aanleiding van de ophef. Alsof GeenStijl een klein tochtig uithoekje van het internet is waar niemand komt. De site is een invloedrijk onderdeel van de publieke arena, met bijna twee miljoen unieke bezoekers per maand en nog eens 88 duizend volgers op Twitter. Daarmee is de site, hoe graag ze het ook proberen te vermijden, onderdeel van de mainstream media. Een invloedrijke stem in het debat, niet iets wat je als journalist links kunt laten liggen. Mocht het al lukken om je compleet af te sluiten als je door GeenStijl aan de schandpaal wordt genageld, dan zijn er nog de tientallen berichten en mails van vrienden die vragen of het goed met je gaat.

Ondertussen worden de redacteuren door sommigen juist gezien als de hoeders van de vrijheid van meningsuiting. Zo is de website genomineerd voor de Pim Fortuyn-prijs, een onderscheiding voor de ‘pilaren van het vrije woord’. De jury roemt het weblog om haar ‘harde, provocerende en onthullende artikelen’, maar lijkt daarmee blind voor het muilkorvende effect dat de site tegelijkertijd heeft op met name vrouwelijke journalisten. Als je als schrijfster iets onwelgevalligs over GeenStijl durft te typen, doen niet alleen je hersenen ertoe, maar speelt je uiterlijk een essentiele rol in de reacties die volgen. Of je dik of dun bent, lang haar, kort haar, bril of geen bril, zwart of wit, of je “fapmateriaal” bent, of de reaguurders je zouden doen, en hoe. Is dat vrijheid?

Zowel GeenStijl en Dumpert zijn onderdeel van de Telegraaf Media Groep, een van de grootste mediabedrijven van ons land. TMG heeft zich de afgelopen jaren blijkbaar niet verantwoordelijk gevoeld voor de inhoud. Het bedrijf wilde in februari niet inhoudelijk reageren op het Volkskrant-onderzoek naar online vrouwenhaat. We hopen dat het Vlaamse Mediahuis, de nieuwe eigenaar van TMG en daarmee ook van GeenStijl, hier anders in staat. Wij geloven dat GeenStijl ook een luis in de pels kan zijn, een ‘pilaar van de vrijheid’, maar dat kan niet als ze elke journalist of opiniemaker die het waagt hen te bekritiseren te intimideren.

Dan nu uw rol hierin, adverteerder. McDonalds, Jumbo, Rabobank, Snappcar, Coolblue, Yarden, de Efteling, Vereniging Eigen Huis, Bol.com en de Belastingdienst. Misschien weet u niet eens dat u met een banner op deze site staat. U vraagt mediabureaus voor u te adverteren en die kiezen dan de sites uit met het beste bereik binnen uw doelgroep. GeenStijl hééft een groot bereik, dus we begrijpen dat deze oproep u in een lastig parket brengt. Maar bedenk u ook dat uw logo, uw zorgvuldig opgebouwde imago, naast dit soort teksten verschijnt: ‘Ze loenst een beetje, geil bij het pijpen als mij aankijkt, terwijl ik zeg dat ze echt een lekkere hoer is.’

U kiest er ook voor om niet te adverteren op sites met porno of extreem geweld. Waarom dan wel hierop? U betaalt mee aan de salarissen van de meest invloedrijke internettrollen. Een site waar vrouwenvernedering en racisme de norm is, niet de uitzondering. Donderdag besloot defensie om zich voorlopig terug te trekken als adverteerder. Wij hopen dat meer bedrijven kritisch gaan nadenken over sites met een groot bereik, maar een beperkt moreel besef.”